De Leerling

Gepubliceerd op 12 september 2021 om 11:36

Wat me mogelijk te wachten stond kon ik me alleen maar van alles afvragen. Nieuwe ontmoeting, of een telefoontje of wellicht een sms van een vriend of familielid. Ik had met weinig mensen via de WhatsApp contact. De intensiteit van dat geluid leek er op te wijzen dat het vrij spoedig zou kunnen zijn. De eerste keer dat het me op was gevallen was in 1992. Nog geen seconde later werd ik door mijn moeder gebeld. Die seintjes had ik al van jongs af aan. Ik hoor mijn moeder nog zeggen dat het kwam van bepaalde machines in de buurt, toen ik een jaar of 8 misschien 9 was. Toen ik ontdekte wat het was, ben ik er op gaan letten. Soms gebeurde het twee keer achter elkaar, de tweede een fractie van seconde later. Ik had het in 2003 toen ik onverwachts Viviane Corrigan tegen kwam. Achteraf gezien had ik eigenlijk kunnen weten wat of wie het kon wezen. Vlak voor bepaalde ontmoetingen had het, of anders vlak voor ik een bericht krijg via een sms of telefoontje. Ik zat inmiddels in de trein van Utrecht naar Amsterdam Centraal en Schiphol was het eindstation van deze trein. Eigenlijk wou ik via Den Haag en Rotterdam terug naar huis. Vanaf Rotterdam met de Intercity Direct naar Breda. Ik zou wel zien. Tot ik op Amsterdam Centraal besloot via Schiphol te gaan reizen. De laatste keer dat ik daar was geweest was misschien in 2007 of 2008 geweest. 

Eenmaal op Schiphol gearriveerd had ik tijd genoeg om eens een beetje rond te lopen. en wellicht wat eten en drinken inslaan voor de reis huiswaarts. In 2005 was ik voor de laatste keer hier op het vliegtuig naar Dublin gestapt. En in de zomer van 2003 was ik in Carlingford Viviane onverwachts tegen gekomen. Nu ik me herinnerde dat ik toen ook al dat intense gefluit had, dacht ik destijds zoiets als "hier ook?" Net nu daar aan dacht, zag ik een vrouw mijn richting uitkomen. Wellicht stapte deze oogverblindende jonge vrouw op iemand af die achter me kon staan. Nog voor ik om wou kijken, herkende ik Viviane ineens. Ze vroeg zich af wat ik hier op het vliegveld deed. Meteen antwoordde ik gevat dat ik op haar stond te wachten. Ze lachte er om. "Niet waar, dat kun je nooit weten," zei ze. "Maar het komt goed uit dat ik je zie."  Ze liet me weten dat ze een optreden had op een Iers-Keltisch Folk Festival waar nog meer muzikanten en bandjes op zouden treden. Dan kwam ze met de vraag of ik iemand wilde helpen, of misschien nog een. 

Viviane was ondertussen getrouwd en had twee kinderen gekregen. Een jongen en een meisje. Maura was de oudste met haar leeftijd van zeven jaar. Timothy was net vier jaar oud. Degene die hulp nodig had bleek Maura te zijn, wellicht ook haar broertje. "Jij bent al aardig ontwikkeld op het gebied van hooggevoeligheid," begon Viviane. Daarop stak ik mijn rechterhand op en zei: "ik ben verder dan dat." Viviane begreep mij niet dat ik uitlegde dat ik vol sensitief was. Voor ze mij kon vragen wat het was, vertelde ik haar dat me vol bewust was van veel zaken of dingen, dat ik alles nu beter begreep en ook het gehele plaatje zie. In het kort vertelde ik haar wat ik in de trein een medepassagier verteld had. Ik zag een verbaasde blik in haar ogen en tegelijk zag ik haar het besef krijgen wat voor persoon ze voor zich had. 

"Maar ik kan je dochter wel op weg helpen, en misschien haar broertje ook," zei ik. Daarop keek Viviane heel erg blij in de ogen aan. Ze zei: "Daar ben ik heel erg blij mee, Patrick. Misschien kom ik later dit jaar naar je terug, maar dat kan wellicht ook volgend jaar zijn." Ik dacht even na. Het zou misschien Oktober kunnen zijn of wellicht Kerstmis of Oud- en Nieuwjaar, als ik de oude voortekenen juist wist te interpreteren. Vaak genoeg zat ik er naast bij bepaalde voortekenen. Ik bleef er altijd nuchter bij. Door mijn nadenken hoorde ik Viviane nauwelijks iets zeggen. Ik keek haar vragend aan waarop ze zei: "Ook ik heb hulp nodig. Er zijn bepaalde zaken die ik nog steeds niet onder de knie heb. Ik ben ervan overtuigd dat je mij kunt helpen." Heel even keek ze mij zwijgend aan. Ze glimlachte en zei toen: "beschouw mij maar als een leerling." Na een kort zwijgen vervolgde ze: "Ik moet gaan, anders kom ik te laat." Ze kuste me gedag terwijl ze haar armen om me heen had geslagen. Na de kus fluisterde ze: "Zie je spoedig" Toen vertrok ze. 

Ik kocht nog wat te drinken en te eten, dronk nog wat koffie met een appelgebakje, en daarna zocht ik het perron op waar de trein richting Den Haag moest klaar staan. Precies als gepland had ik in Rotterdam de InterCity Direct naar Breda. Daar stapte ik over op de trein naar Roosendaal. Het was een lange dag geweest, toen doodmoe ik thuis kwam. Ik pakte mijn rugzak uit en borg het een en ander meteen op. Zowel foto- als filmcamera zette ik op het bureau bij mijn laptop. De volgende morgen zou ik alle gemaakte foto's, ook al was het weinig, op de website gaan zetten na ze gecontroleerd te hebben op eventuele wazig materiaal. Vervolgens zocht ik mijn bed op.